Death Valley

Woensdag 1 juni

Op weg naar Death Valley gaan we shoppen in het Outlet centrum van Las Vegas Noort. Tegen onze verwachtingen in hebben we daar ook de rust voor. Het is een mooie onderbreking van de lange reis (+/- 5 uur). We zijn goed geslaagd; spijkerbroeken, sportschoenen, slippers, t-shirts, onderbroeken, schoenen en een petje. Het is hier in Las Vegas al warm, hoe heet moet het dan wel in Death Valley zijn? Eerst nog maar extra water inslaan bij de supermarkt.

In Death Valley stappen we de auto uit en voelen een warme föhn in ons gezicht. Het is +/- 48 graden. Lisa zit in tweestrijd. Aan de ene kant denkt ze; “wat doe ik hier?” en aan de andere kant; “het is weer iets heel anders en mooi, ook dit moet je meegemaakt hebben”. We doen nog een poging om naar het zwembad te gaan, maar ook daar is het te warm voor. We slenteren naar de Saloon en gaan vroeg naar bed.

Donderdag 2 juni

Om 5:30 uur gaat de wekker om de hitte in Death Valley te kunnen verdragen. We rijden eerst naar Dante’s View voor een geweldig uitzicht op de vallei en de zoutvlakte van Badwater. Daarna rijden we via Furnace Creek terug richting Sequoia National Park voor onze lodge ‘Buckeye Tree’. Het is nog 550 km rijden, +/- 6 uur. Het eerste gedeelte door Death Valley is erg verlaten, maar zeer mooi en afwisselend. Op een gedeelte van de weg wordt aangeraden om de airco uit te zetten. Dit om oververhitting van de auto te voorkomen. Om +/- 09:00 uur is het al meer dan 35 graden. Ook rijden we een gedeelte over een grindpad. Als we nu maar geen lekke band krijgen?!
Net buiten Death Valley tanken we bij het eerste tankstation dat we tegenkomen. Dat is ook weer een rustgevend gevoel. Kunnen we nu weer verder rijden. Nog +/- 3 uur.